Optimale productie en voeding
Het bedrijfsbezoek is essentieel. We beoordelen of de dieren voldoende ruimte hebben om te drinken, eten, lopen en rusten. De MPR (melkcontrole uitslag) is van groot belang om de resultaten van zowel de gehele koppel, groepen en individuele dieren te bekijken. Niet alleen de kg melk maar ook de gehaltes en vooral de verhoudingen tussen de gehalten zijn van groot belang. Voor de begeleidingsbedrijven maken we dagelijks gebruik van de MPR gegevens op PIR-DAP (partners in rendement). Het Snelzicht geeft een goede eerste indruk van een bedrijf. Als eerste kijken we naar de BSK, van het bedrijf en van de groepen. Een grote schommeling in BSK tussen melkcontroles is soms te wijten aan voerovergangen. Tevens wordt het vet- en eiwitgehalte beoordeeld. Bij pas afgekalfde koeien hoort het vetgehalte niet boven de 4.50 te komen. Is dit wel het geval dan gebruikt de koe het rugvet voor de melkproductie. Meestal is de oorzaak te weinig energie opname of te weinig energie in het rantsoen. Is het vetgehalte in de melk lager dan het eiwitgehalte dan spreken we van een inversio. Dit kan gevaarlijk zijn en duiden op pensverzuring. Oorzaak kan zijn te weinig ruwvoeropname al dan niet gecombineerd met een overmaat aan krachtvoer. Het meeste voorkomend is een te laag eiwitgehalte in de melk bij de pas afgekalfde koeien. Dit duidt op een energietekort in het rantsoen. Dit kan zijn een structureel energiearm rantsoen of een relatief tekort omdat b.v. vaarzen en/of kreupele koeien worden verdrongen en geen kans krijgen voldoende voer op te nemen. Ook komen we af en toe een kapotte of verkeerd afgestelde krachtvoerautomaat tegen. Een te laag eiwitgehalte bij de nieuwmelkte koeien is funest voor de eicelkwaliteit en zal resulteren in een verminderde vruchtbaarheid op de lange duur. Nieuw in de MPR uitslagen is de aanduiding ketose. Bij de koe-attenties is mooi te zien bij welke dieren verdacht zijn van slepende melkziekte.